Enkele dagen nadat een einde was gekomen aan de langste en heetste zomer sinds mensenheugenis was het in
de nacht van zaterdag 25 op zondag 26 augustus slechts vijf graden boven nul. Ook dat was een record, een kouderecord wel te verstaan. Voor zaterdag overdag waren herfstachtige taferelen voorspeld. Het weer was duidelijk van slag en Esther zat een beetje in haar maag met de kanotocht die ze in het kader van de Gehurterbijdag 2018 had georganiseerd. We zouden gaan kanoën die zaterdag en daarna genieten van een heerlijke barbecue met onze vrienden van Zonhove in d’n Tref.
Wil je iets organiseren? Bel Esther. Zij regelt alles tot in de puntjes. Zelfs met een been in het gips vanwege een gescheurde scheenbeenpees, rent ze al hinkelend van hot naar her om ook de laatste vouwtjes glad te strijken. Alleen het weer, daar heeft ze nog geen vat op weten te krijgen. En dus rijsde de vraag of we niet beter op zondag zouden gaan roeien ipv zaterdag. Een in de haast opgerichte “deelnemers Whatsapp groep” moest uitkomst bieden en deed dat ook. Behalve Peter, kon ook Theo door de roosterwijziging helaas niet mee, maar dat deerde hem niet want de bbq kon hij nog net meepikken om ’s anderdaags voor een motorreis naar Spanje af te reizen. De gezonde staat waarin Theo verkeert, verraadt al dat hij een bbq wellicht belangrijker vindt dan een kanotocht. Uiteindelijk wordt de roeierij uitgesteld tot zondagochtend. Een goede keus bleek later, het weer was prima met zelfs een begeleidend zonnetje. Gelukkig maar zou later blijken.
Zo’n barbecue met bijbehorend spraakwater is een heerlijke beloning na al dat zwoegen met kano’s. Hoe zou de bbq bevallen voordat we ook nog maar iets gepresteerd hadden? Heel goed, bleek al snel op zaterdagmiddag. Een vrolijke en uitgelaten groep Gehurterbij leden van Zonhove mocht om vier uur al aanschuiven in d’n Tref voor de kjuw. Rita, Ashana en Carla als rotsen in de branding zorgen ervoor dat niemand iets te kort komt en dat allemaal met een innemende glimlach. Zo rond half zes krijgen de overige leden van Gehurterbij elke een papiertje met daarop de namen van ‘vier heerlijcken stuks vleesch van d’n Sonse slaager’. Als garnering heerlijke bijgerechten en fantastisch lekker olijvenbrood. Zoals meestal bij een bbq is er van alles ruim voldoende. Tegen negenen zijn alle buikjes vol, danwel overvol. De bewoners van Zonhove zijn dan al lang terug naar hun mandje. Jac, Jos en Jeroen, de vleesbereiders van de avond maken de grote party-pannen schoon en vanuit de keuken van d’n Tref klinkt een vrolijk gegiechel van een paar dames van middelbare leeftijd die tijdens het afwassen hun fantasie over een rijk gedecoreerde neger de vrije loop laten. Irma staat op een handdoekje de afwas te doen, alsof ze vreest het niet droog te houden.
Ik heb nog een verjaardagsfeestje en onttrek me aan het gezellige buurtfeestje. Gelukkig blijkt het verjaarspartijtje ook gezellig en het is al bijna 03.00u zondagochtend als ik in bed duik. Mijn gedachten gaan negen uur vooruit, het moment waarop we te water moeten. Moet er nu even niet aan denken, eerst maar eens lekker knoeren. Half tien zondagochtend. Voelt als vroeg. Ik voel me brak. Sta toch op want de buurtplicht roept. Om half elf stop ik bij de brug over de Dommel en daar staat zo’n beetje iedereen al klaar voor het grote kano-avontuur. Uiteraard is er weer eten en drinken, perfect verzorgd door Esther, Jos Beukers en Pascale. De elf driepersoons kano’s blijven nog even onaangeroerd op de kant liggen. Eerst moeten de auto’s naar De Neul gebracht worden, daar is immers het eindpunt van de kanotocht.
Rond elf uur die zondagochtend kan de tocht dan toch eindelijk beginnen. Eerst is er nog een instructie waar met een half oor naar wordt geluisterd. Tijd om het water op te gaan. Iedereen krijgt nog een overlevingspakketje van water en snoepjes mee voor het geval iemand als drenkeling ergens in het Dommeldal achterblijft. Na een uur of wat stroomafwaarts peddelen, bereiken we vlak voor de brug bij Nijnsel de eerste pauzeplaats. Daar staan Pascale, Jos en Esther ons al op te wachten met een tafel vol lekkernijen, alsof we een week verstoken van eten en drinken zijn geweest. Op de verhoogde pauzeplaats hebben de gearriveerden een mooi uitzicht op de nog niet gearriveerde roeiers. Nora en Maaike krijgen het voor elkaar om in het zicht van deze ‘tussenhaven’ vlak voor onze neus om te slaan met hun kano, tot grote hilariteit van de rest uiteraard. Voor sommigen zal later blijken dat hun lach voorbarig was. Ook Jeroen heeft dan al een nat pak . Dat heeft hij opgelopen toen zijn boot, al half op de kant liggend, omsloeg. Gelukkig is het zondag en geen zaterdag en dat betekent dat we het zonnetje erbij hebben om snel weer op te drogen. Enkel de stank van het Dommelwater blijft wat om de gedoopten heen hangen.
Na de lunch stappen we in voor de tweede helft van de circa negen kilometer lange reis. Het water in de Dommel staat alweer aardig hoog na de lange droogte. Waarschijnlijk veroorzaakt door alle regenbuien van de dagen ervoor. Bart en Dwayne duwen onze kano in het voorbijgaan nog maar eens in de verkeerde richting. Patsergedrag. Gelaten ploeteren Jac en ik ons weer met de neus in de goede richting als de kano plotseling gevaarlijk ver naar rechts overhelt en water maakt. Er is geen houden meer aan en proestend komen we even later weer boven water met het kroos in de haren, of in elk geval daar waar ooit haar stond. Gelukkig zijn we vlak bij de kant, maar tot onze verbazing is de bodem voor ons onbereikbaar als we ook het hoofd boven water willen houden. Pas een halve meter van de kant kunnen we ons eindelijk afzetten om op de kant te klimmen. Daar draaien we kano om zodat het water eruit kan. Na wat geduw en getrek zitten we met ons natte pak weer in de kano en kunnen we onze tocht voortzetten. Het idee om de twee overjarige pubers de oren te wassen laten we al snel varen, want ze blijven angstvallig uit onze buurt.
Het klapstuk is een spectaculaire afdaling. Nou ja, spectaculair. Het verval is ongeveer dertig centimeter, maar voorwaarde voor een droge afdaling is dat je door een relatief smal gootje vaart, midden in de Dommel. Het is aangelegd als een soort vistrap. Het lukt stuurvrouw Martiene en haar zoon niet om de recht voor de goot uit te komen. Dat betekent dat ze niet dertig centimeter naar beneden glijden, maar vallen. Dat is allemaal net wat te spannend en vervolgens verdwijnen ook zij in het lauwe water van de Dommel. Iedereen heeft het zien gebeuren, dus het was zeker niet voor niets. Uiteindelijk komen we een kwartiertje later allemaal veilig, en de meeste (alweer) droog, aan bij de Neul. De heroïsche tocht is ten einde. Helaas geen bbq die op ons wacht, die hebben we al gehad.
Wel nog een hilarische momentje van de Hensens. Als ik ze bij hun auto aan het startpunt afzet, blijkt de sleutelbos verdwenen. Jeroen weet zeker dat Martiene de sleutels heeft en Martiene weet ook zeker dat Jeroen de sleutels heeft. Voor iedereen die gelukkig getrouwd is een herkenbare situatie. Alle zakken worden drie keer doorzocht en we prakkiseren ons suf waar de sleutelbos zou kunnen zijn. De conclusie is dat ie ergens op de bodem van de Dommel ligt en daar derhalve zal blijven liggen. Dat is een beetje een domper op de feestvreugde voor de ook al door schipbreuk geteisterde familie. We halen de reserve huissleutel bij familie op, zodat ze in elk geval weer hun huis binnen kunnen. Als ik een half uur later de groepsapp open, lees ik de blijde boodschap dat de sleutel gevonden is…..in het decolleté van Martiene. En zo komt er een hilarisch einde aan een geslaagd buurtfeest weekend. Organisatie bedankt. Het was kei goed.
Gehurterbijschrijver