Er bij zijn

Het is de laatste zaterdagochtend in mei en ik ben er al vroeg bij vandaag. De zon rolt  een lange schaduw voor me uit als ik het terrein van Zonhove op loop. 

Heerlijk die rust, al wordt ze even verstoort door de brandweerwagen die met loeiende sirene door de Nieuwstraat raast. Het indringende geluid sterft langzaam weg en de zang van een merel vult het gat dat de sirene achterlaat. Naast de paden lonken allerlei bloemen naar de zon. Vannacht heeft het eindelijk weer eens geregend en dat doet de natuur direct goed.

Drie weldoorvoede kippen komen kakelend  op me afgerend zodra ze me zien. Hoewel er bordjes aan hun ren hangen met de tekst “Niet voeren, wij worden snel te dik”, lijkt het erop alsof deze vrolijkerds zulk illegaal voer zeker niet aan hun snavel voorbij laten gaan. Van mij krijgen ze echter niks en verveeld scharrelen de twee hennen verder, op zoek naar wormpjes terwijl de haan wat lafjes voor zich uit kraait.

 Op de kruising bij de Hutzon staat een mooie, uitbundig bloeiende rododendron (wetenschappelijke naam Rhododendron). Terwijl ik geniet van de zon die de bloemenpracht letterlijk in het zonnetje zet, zie ik dat ik niet de enige ben die geniet van de mooie struik. De eerste bij die ik vandaag zie is druk doende en vliegt van de ene naar de andere bloem. In dezelfde rododendronstruik blijken er nog meer te zitten en mijn oog valt op een veel groter exemplaar dat rustig in een bloem zit te smikkelen. Deze is niet zwart met bruin zoals de rest, maar zwart met gele banden en een wit achterlijfje. Vraag me af of dit wel een bij is. Misschien is het wel een hommel. Om daar achter te komen, zou ik vandaag naar de openingsceremonie van de bijenkorf moeten gaan en het vragen aan Jelle. Hij weet alles over bijen en vertelt het je graag. Helaas heeft de agenda voor vandaag een andere invulling gepland.

Terwijl ik gefascineerd sta te turen naar de bezige bijtjes, landt een paar meter verder een vlaamse gaai op een paaltje. Zodra de gaai mij ziet gaat ze er luid krijsend in glijvlucht vandoor. De vogel nakijkend, zie ik in de verte Esther lopen met een paar tassen. Nog zo’n bezige bij denk ik en loop naar de Hutzon, waar ze druk in de weer is met het voeren van de kippen en ganzen. Nu begrijp ik waarom de kippen zo enthousiast op me af kwamen rennen. Alle dieren begroeten haar met heel veel enthousiasme, zelfs de ezel balkt van plezier bij de gedachte dat het ontbijt in aantocht is.

 Esther weet vast waar ik de bijenkorf kan vinden en inderdaad; ze wijst me op de heuvels achter het gebouw. Daar staat “onze” nieuwste aanwinst. Ze vertelt dat bijen normaliter vanaf honderden meters afstand horizontaal komen aanvliegen naar het nest en daarom staat de kast op een meter of zes boven het maaiveld en niet gezellig midden op het erf van de boerderij. De enige bij die ik persoonlijk ken is Maja de bij die vroeger op tv allerlei avonturen beleefde met haar broertje. Zij leek me wel een aardig type, maar blijkbaar is dat een vertekend beeld. Het nieuwe bijenvolk, zo vertelt Esther, heeft namelijk haar koningin onlangs vermoord. Als je dat hoort, dan valt de in mijn ogen ongepaste uitspraak “F*** de koning” eigenlijk nog best  mee.  Gelukkig is er een nieuwe koningin opgestaan in hun midden en wordt er inmiddels druk gewerkt en veel honing geproduceerd.   

 Ik ga de kast eens van dichtbij bekijken en wordt daarbij voortdurend in de gaten gehouden door een inlandse eekhoorn die hoog boven mij in een spar van de ene tak naar de andere springt. De bijen zal het worst wezen dat het vandaag zaterdag is. Zelfs de zondag is voor hen niet anders dan de maandag.  Ze werken onafgebroken. Waar ze wel enthousiast van moeten worden zijn de vrolijke kleurtjes  waarmee de bijenkast is beschilderd. De creatieve werkgroep heeft er echt een heel mooi kunstwerk van gemaakt met alle kleuren van de regenboog.  Ik geniet nog even van de zonnestralen, daal dan het heuveltje af en wandel ontspannen terug naar huis. Onderweg vraag ik me af waarom mensen eigenlijk nog naar de dierentuin gaan; er is zoveel te ontdekken in je eigen buurt. Of hebben wij het gewoon heel erg getroffen, hier waar wij wonen?   

Gehurterbijschrijver   

Scroll naar boven